Koopman wil lekker ‘koersen’ op de Weissensee

Axel Koopman is niet een geboren natuurijsschaatser. De Heemskerker is technisch begaafd en komt op kunstijs beter tot zijn recht. Toch geeft hij bij de Alternatieve Elfstedentocht op de Weissensee vandaag alles voor zichzelf en zijn ploeggenoten: ,,Die 200 kilometer ga ik niet winnen. Maar ik kan wel voor mijn ploeg een hoop betekenen.’’

 

TECHENDORF - Axel Koopman, Stefan Wolffenbuttel en Simon Borsen zitten gemoedelijk op een bankje in de grote tent van de Weissensee, waar alle toerschaatsers stuk voor stuk binnendruppelen. De één nog vermoeider dan de ander, want ze hebben allemaal geprobeerd om die tweehonderd kilometer op de Weissensee. De mannen van Skate4AIR zitten er nog fris bij. Zij hoeven morgen (vandaag, red) pas te rijden en zijn gewend om dit soort lange afstanden te schaatsen. ,,Die 200 kilometer is voor ons ook zwaar’’, zegt Koopman. ,,Na honderd vijftig kilometer kom je jezelf echt wel tegen en is de batterij helemaal leeg. Dan wordt het niet alleen fysiek, maar mentaal spelletje een uitputtingsslag. Dan kun je mentaal het verschil maken.’’

 

Koopman is tactisch het slimst van die drie, terwijl Wolffenbuttel echt zo’n natuurijs bikkel is. ,,Borsen: ,,Stefan heeft een goede techniek voor natuurijs. Hij kan heel lang hard schaatsen zonder dat hij met zijn krachten smijt. Hij schaatst efficiënt en hij kan gemakkelijk met de kop van het peloton mee.’’

 

Voor Axel Koopman geldt dat minder: ,,Ik rijd van nature niet zo soepel op natuurijs’’, zegt hij. ,,Ik ben een technisch begaafde schaatser en daardoor kom ik bij kunstijs wedstrijden beter uit de voeten. Op natuurijs heb ik dat minder, hoewel ik daar wel veel progressie in boek. Om bij dit soort grote wedstrijden als de 200 kilometer mee te kunnen strijden om de winst, moet ik meer gaan trainen. Ik heb nu ook niet de conditie om met de grote jongens mee te kunnen doen.’’

 

Bij Skate4AIR noemen ze hem de koerskapitein. De Heemskerker heeft het beste overzicht en begrijpt hoe het spelletje in elkaar steekt. Wolffenbuttel: ,,Axel is onze spelverdeler. Hij ziet dingen die wij niet zien, dus als je het niet weet, dan vraag je aan Axel hoe het zit. Zo kunnen wij rustig in de buik van het peloton schuilen, terwijl Axel onze positie aan de voorzijde van de koers bewaakt. Je kunt hem gerust om een boodschap sturen; hij begrijpt het spelletje goed.’’

 

 Door problemen met zijn hart had Koopman vorig jaar een minder seizoen. Hij werd aan zijn hart geopereerd en had daarna moeite om aansluiting te vinden bij de rest van het peloton. ,,Die operatie was een maand voor de start van het seizoen. Dat was niet te doen. Ik reed bijna alle wedstrijden achteraan en dat vond ik niet leuk. Ik schaats omdat ik het tactische spelletje van het marathonschaatsen leuk vind en daar kon ik zo niet aan meedoen. Gelukkig gaat het nu een stuk beter en rijd ik weer mee met de rest van het peloton. Ik kan lekker koersen en aanvallen plaatsen. Dat maakt het schaatsen een stuk leuker.’’

 

De Alternatieve Elfstedentocht gaat Koopman vandaag niet winnen en dat weet hij ook. ,,Daarvoor trainen de andere jongens te hard en train ik te weinig. Ik heb ook nog een fulltimebaan als promovendus ernaast he. Ik schaats omdat ik het leuk vind en om lekker te koersen. Als ik een grote bijdrage kan leveren aan mijn team en zelf goed geschaatst heb, dan ben ik tevreden. Ik vind het ook geen probleem om knecht te zijn en voor anderen te rijden. Dat hoort bij het marathonschaatsen.’’

 

Auteur: Natasha Smit